Vulcanus

De Romeinse god Vulcanus, ook bekend als Mulciber, is het equivalent van de Griekse god Hephaestus.

Als zoon van Jupiter (Gr: Zeus) en Juno (Gr: Hera), smid en wapensmid der goden en god van het allesvernietigende vuur, slaagde hij erin om ondanks zijn minder goddelijke voorkomen, onze beste naamgever zou aartslelijk en kreupel zijn, Venus (Gr: Aphrodite), de mooiste aller godinnen te huwen. Zij geniet immers bekendheid als godin van de schoonheid.

Ter zijde gestaan door Cyclopen, zijn arbeiders, smeedde hij de bliksemflitsen en scepter voor Jupiter. Maar ook de strijdwagen van Helios, god van de zon, waarmee hij langs de hemel reed. Het onoverwinnelijke schild en harnas van Achilles en de pijlen van Eros, god van de liefde. Daarnaast vervaardigde hij het schild van Aegis voor Athena, naast diverse andere voorwerpen voor de goden, zoals hun drankvaten en versierselen. Vulcanus werd veronderstelt onder de Etna een smederij te hebben. 

De meeste mythen over Vulcanus zijn ontleent aan, zoals de meeste Romeinse  mythen, de Griekse mythologie. In de hoedanigheid van Hephaestus creëerde hij ook de eerste vrouw: in opdracht van Zeus moest er een nieuwe soort van mens komen. Prometheus, een titaan, had samen met zijn broer de eerste mens gemaakt: de man. Zeus die samenzweerde tegen Prometheus, gaf opdracht tot het maken van de vrouw. Dus vormde Hephaestus de eerste vrouw, genaamd Pandora, uit klei. De andere goden gaven haar diverse giften en vaardigheden, om haar te perfectioneren. 

Een verhaal vertelt dat Hephaestus van de berg Olympus werd gegooid door zijn eigen moeder Hera, toen zij na zijn geboorte bemerkte hoe lelijk hij was. Nadat hij gedurende een hele dag gevallen was, belandde hij in de zee. Nimfen brachten hem naar het eiland Lemnos, waar de bewoners hem verzorgden. Om wraak te nemen op de verafschuwing door Hera, vervaardigde Hephaestus een magische troon en bracht deze naar de berg Olympus. Toen Hera op de troon plaatsnam, maakte de troon haar een gevangene. De goden op de berg Olympus pleitten bij Hephaestus om terug te keren naar het hemelse domein en Hera te bevrijdden, maar hij weigerde dit. Dionysus (Ro: Bacchus), god van wijn, landbouw en vruchtbaarheid, bood de smid wijn aan en toen Hephaestus onder zeil was, nam hij hem mee naar de Olympus over de rug van een ezel. Hephaestus bevrijdde Hera, nadat zij hem de hand van Aphrodite had gegeven. Dionysus werd beloond met toelating tot het pantheon.

Maar een ander verhaal beweert dat zijn vader, Zeus, hem van de berg gooide, toen hij in een ruzie de kant van Hera koos. De arme Hephaestus viel toen echter negen dagen en negen nachten en belandde, ditmaal rechtstreeks, op het eiland Lemnos. Op dit eiland bouwde hij zijn paleis en een smidse onder de vulkaan.

Ook was Hepheastus verantwoordelijk voor het ter wereld komen van Athena. Toen hij het hoofd van Zeus spleet met een bijl, de goden waren gek op ruzie's, kwam zij daar in volledige wapenuitrusting uit te voorschijn.

Toen Hephaestus vermoedde dat Aphrodite overspel pleegde, vervaardigde hij een buitengewoon kettingachtig net, zo fijn dat niemand eruit kon ontsnappen en zo sterk dat, zelfs een titaan als Hercules, het niet kapot kon krijgen. Op een dag verraste hij Aphrodite en Ares, god van de oorlog, toen zij samen in bed lagen. Hij gooide zijn magische net over hen heen en gooide hen beiden, naakt en verstrengeld in elkaars armen, voor de Olympische goden. Hij vroeg de verzamelde goden voor vergelding, maar het enige dat zij deden was brullen van het lachen en daarna stelden zij het paar op vrije voeten.

Als de Romeinse goden Vulcanus, Venus en Mars, verging het hen toch anders, zoals in onderstaande tekst te lezen is. Desalniettemin maakte deze geschiedenis Vulcanus patroon van bedrogen echtgenoten.

Tubal / First  Blacksmiths in Georgia

Tubals (Tabals) and Meshechs (or Meshekhs/Mosokhs) were most ancient, non-IndoEuropean and non-Semitic indigenous tribes of Asia Minor and the Caucasus of the 3rd-1st millennias BC. They were Proto-Iberian tribes. Descendants of Tubals and Meshekhs are Georgians. The Book of Genesis (chap. 10) gives us the descendants of Noah's three sons, Shem, Ham, and Japheth. We are told that the sons of Japheth were Gomer, and Magog, and Madai, and Javan, and Tubal, and Meshech, and Tiras. Tubals, Khalibs, Mosiniks were founders of metallurgy. According to majority of scholars the ancient country of Tubal (Tabal) comprised the area of Great Cappadocia (now territory of Turkey). Already the modern scholars identified the term Tubal with Tabal, Tobal, Jabal and Tibarenoi. Many authors, following Josephus (1st century AD), related the term to Iber. Concerning the question of the ethnic affinity of the population of Tubal, Josephus wrote: "Tobal gave rise to the Tobals, which are now called Iberians". This version was repeated by Eustathius of Antioch, Bishop Theodoret and others. Iberians were Georgians, the population of the Kingdom of Iberia (Eastern and South-Eastern Georgia). One of greatest Georgian historians of the 20th century, Ivane Javakhishvili, considered Tabal, Tubal, Jabal and Jubal to be ancient Georgian tribal designations. On the evidence of Hecataeus, Herodotus, Xenophon, Strabo and others, the Georgian (Kartvelian) tribe of  Tibarenoi lived in the north of the territory of  Tubal. Main sources of the history of Tubal are also Assyrian texts of the 9th- 7th centuries BC, the Cappadocian tablets and the hieroglyphic-Luwian inscriptions of the 9th - 8th centuries BC.

 

 

Terug

l